Mannen en Vrouwen draaien mee in top Tweede Divisie

De kans is aanzienlijk dat later dit seizoen beide Sparta-teams mogen strijden om promotie naar de Eerste Divisie. Na drie voorronden plaatsen de nummers 2 tot en met 10 van de nationale stand zich voor de ontknoping in september. Onze vrouwen staan achtste na de eerste wedstrijddag, onze mannen derde. Het zou een schitterend resultaat zijn, maar vooralsnog zijn de marges smal.

Als de ploegleiders Remco van Zwol en Marnix Baelde in de twee resterende voorronden kunnen beschikken over Netanel Dorothea, Brett Duff  en Angelo de Nooijer dan komt zelfs het kampioenschap van de Tweede Divisie en daarmee rechtstreekse promotie onherroepelijk in beeld. In dat geval slaan we een dubbelslag want door een reglementswijziging mogen de vrouwen dan met de mannen meeliften. In 2026 worden de punten van beide ploegen bij elkaar opgeteld.  

Netanel, Brett en Angelo waren er in Almere niet bij en nog stond er een team dat zich met de besten kon meten en waarin een aantal junioren excelleerde. Neem bij voorbeeld Maarten Alvares, die door een blessure van Quinten Chambliss op de startlijst van de 110 meter horden verscheen. Met elke horde zestien centimeter hoger dan in zijn leeftijdscategorie, zoefde de 16-jarige Maarten knap over de obstakels alsof hij nooit anders had gedaan. Te veel rugwind voorkwam dat zijn 15,86 de recordboeken haalde, maar de waardering voor zijn optreden was groot. Zelf was hij misschien nog wel blijer met zijn 1,90 meter op hoog; het was alweer enige tijd geleden dat hij die hoogte had bedwongen.

Nog een junior die het prima deed: Diego Westendorp klampte op de 800 meter aan bij lopers die deze afstand ruim onder de twee minuten kunnen afleggen. Diego nestelt zich steeds comfortabeler in de sub 2-minuten groep. Hij zette deze keer een fraaie 1,57,93 neer. Sinds het clubrecord (1.56.8) van Paul Swartbol in 1979 was geen U18-Spartaan sneller. Jonatan Janssen (U20) heeft de smaak van wedstrijdlopen definitief te pakken. Op de 5000 meter hoefde hij nu eens niet alles alleen te doen, maar vond hij in ex-Spartaan Robin Kuiper een metgezel om de 12,5 ronden aan te vallen. Met een verbluffend pr van 28 seconden finishte hij na 16.17,17.   

Ook Benjamin van Bunge (U20) deed van zich spreken. Zijn 48,04 meter op speer was prima. Hij heeft de overstap van de 700 naar 800 grams speer probleemloos verteerd. De magische grens van vijftig meter komt in beeld.

Thijs Meershoek bleek zijn sterkste wedstrijd van het weekend te hebben bewaard voor Lisse. Op vrijdagavond stootte hij de kogel naar 15,39 meter (een plus van 69 centimeter!) en lanceerde hij de discus naar 46,46 meter. Op beide discplines bezet hij op de aller-tijden-ranglijsten van Sparta nu de tweede plaats, achter internationale topwerper Erik de Bruin, die in de jaren tachtig onze club kortstondig vertegenwoordigde. Thijs kon in Almere zijn prestaties van Lisse niet verbeteren, maar sprokkelde voor het team toch meer dan 1.500 punten bijeen.

Ook knap: de 22,88 seconden van Benjamin (U20) op de 200 meter. Exact diezelfde tijd liep hij vorige maand in de juniorencompetitie, destijds met te veel wind. Deze keer viel de rugwind binnen de perken. Tegenover de sterke juniorenprestaties stond een mooi optreden van Erik de Kleijn. Zijn categorie is inmiddels Masters 40+. Na minder dan een handvol trainingen waagde hij zich voor het eerst in vijftien jaar aan het polsstokhoogspringen, zijn oude liefde. Op zijn diensten moest een beroep worden gedaan bij afwezigheid van Niels Verheugd, die een solide vier meter-springer is. Erik opende voorzichtig met 2,20 en slaagde er uiteindelijk in om 2.80 meter te bedwingen, zodat we 467 kostbare punten konden bijschrijven.

Als we onze mannenploeg op 1 juni in Lisse en op 6 juli in Amsterdam op volle sterkte kunnen bewonderen, kon het weleens een spectaculair seizoen gaan worden.

Rechtstreekse promotie is voor het vrouwenteam ver weg. Utrecht Atletiek, een recente gevormde club uit drie sterke verenigingen uit de Domstad, steekt ruim boven het veld van 36 ploegen uit. Het is zaak om daarachter een plaatsje te bemachtigen die recht geeft op deelname aan de promotiewedstrijd. Dat kan prima.

Net als Maarten Alvares begon ook Eliza van Velthoven aan een nieuw avontuur over de horden, die op de 100 meter voor haar acht centimeter hoger stonden afgesteld dan gebruikelijk. Over die 84 cm scheerde ze zonder problemen, zag de klok stoppen op 14,86 en won dit onderdeel zelfs. Deze eeuw was binnen Sparta alleen Maayke Tjin A-Lim sneller. Nubia Belfor was verreweg de beste hinkstapspringer van het hele veld. Haar 11,50 meter betekende een verbetering van haar eigen clubrecord met drie centimeter.

Een dubbel clubrecord was er voor Suzanne Harland op de 3000 meter. De eerste bocht was nog niet afgelegd of Suzanne ging er al vandoor. Ze kreeg geen enkele steun van de rest van het veld en liep geheel solo heel knap naar 9.48,49. Ze stelde daarmee niet alleen haar eigen clubrecord met ruim drie tellen scherper, maar troefde ook Carlien Harms af, die sinds 1986 de beste U20-tijd in handen had. Suzanne berooft de ene na de andere MiLa-loper van hoge kwaliteit van records. Nu moest Carlien Harms eraan geloven, eerder dit jaar vloog Stella Jongmans al uit de boeken. Het zijn grote namen uit de Sparta-historie van wie we dachten dat ze in steen gebeiteld waren, maar Suzanne slaagt er in om hen te overvleugelen.

De meeste punten van de dag leverde de Zweedse estafette voor de vrouwen op. Eliza van Velthoven opende de 400 meter in ongeveer één minuut, waarna Roshwita Holstein de 300 meter binnen de 43 seconden aflegde. Yashmina Olij en Chanel Derby maakten het karwei af in 2.23,41, met als gevolg het uitzonderlijk hoge aantal van 961 punten in de plus. 

Het was, al met al, weer een geweldige Sparta-dag met oorverdovende support. Dank aan de ploegleiders, de trainers en het gestaag groeiende aantal fans!